Mensen met autisme worden steeds socialer naarmate ze ouder worden. Rond hun dertigste functioneren delen van de hersenen die zorgen voor sociaal gedrag, de spiegelneuronen, bij autisten op normaal niveau. Ze krijgen dan meer vrienden en worden sociaal actiever.
Dat blijkt uit onderzoek van het Nederlands Instituut voor Neurowetenschappen dat maandag werd gepubliceerd in Biological Psychiatry.
Emoties begrijpen
Spiegelneuronen zijn zenuwcellen waarmee mensen emoties van anderen kunnen begrijpen. Als een normaal kind iemand ziet lachen, dan 'spiegelt' hij dat: hij imiteert de activiteit in zijn gedachten. Op scans is dezelfde hersenactiviteit te zien als wanneer hij de handeling zelf uitvoert. Daardoor leert hij mee te voelen. Bij autistische kinderen gebeurt er echter bijna niets als ze iemand anders zien lachen.
Tot nu toe werd aangenomen dat autisten moeite hebben zich in anderen te verplaatsen omdat hun spiegelsysteem niet functioneert. Met dit onderzoek is voor het eerst aangetoond dat het systeem niet kapot is: de ontwikkeling is alleen vertraagd, stelt onderzoeksleider Christian Keysers.
In de loop van hun leven gaat die ontwikkeling bovendien gewoon door: op hun veertigste functioneren spiegelneuronen bij autisten zelfs beter dan die van hun leeftijdsgenoten. Bij normale mensen daalt de activiteit in de loop van hun leven alleen maar.
21 mannen
In het onderzoek werden 21 autistische mannen met een normale intelligentie vergeleken met 'normale' mannen. Ze kregen filmpjes te zien van verschillende emoties. Daarbij werd hun hersenactiviteit gemeten. Hoe ouder de autisten, hoe actiever hun spiegelneuronen. Ook bleek uit vragenlijsten dat hun gedrag steeds socialer werd.
De resultaten bieden aanknopingspunten voor nieuwe therapiexc3xabn, zeggen de onderzoekers. 'Met magnetische stimulatie zouden we dit gebied in de hersenen bij autisten kunnen stimuleren', zegt Keysers. 'Daardoor is de ontwikkeling van spiegelneuronen misschien te versnellen.'
Een andere mogelijkheid is therapie waarbij de gezichtsuitdrukkingen en handelingen van het kind met autisme steeds door anderen worden gexc3xafmiteerd. 'Een normaal kind merkt al snel dat iemand gaat lachen als hij zelf lacht', aldus de Groningse neurowetenschapper Keysers. 'Maar doordat autistische kinderen niet op zoek gaan naar contact, gebeurt dat bij hen veel minder snel. Door het kind vaak te imiteren, zou je zijn hersenen misschien kunnen stimuleren om dat verband wel te leggen.'
Bron VK.nl